De door Bloom e.a. (1956) beschreven beheersingsniveaus dienen om een onderscheid te maken in de complexiteit van het kennisniveau waar een beroep op wordt gedaan. Het helpt bij het bepalen van het beoogde eindgedrag in algemene zin (namelijk kennis reproduceren, inzicht hebben in, toepassen, analyseren, creëren of evalueren). De aanvankelijke verwerving van inhoud en belangrijke basiskennis vindt plaats tijdens het Readiness Assurance Proces dat de studenten in de taxonomie van Bloom via Onthouden en Begrijpen naar het Toepassingsniveau ‘leidt’.
De toepassingsactiviteiten kunnen de studenten vervolgens naar de hogere niveaus van Bloom leiden, namelijk Analyseren, Evalueren en Creëren welke een beroep doen op hogere denkvaardigheden. De discussies in de TBL-applicatiesessies, na afloop van de simultane rapportage bij de toepassingsopdrachten, geven de studenten de kans om hun eigen gedachtegang onder woorden te brengen en te onderzoeken, verschillende perspectieven te verkennen en uiteindelijk te komen tot een zo optimaal mogelijke oplossing.
Hierdoor, is er in TBL sprake van een natuurlijke progressie naar de hogere niveaus van Bloom, naarmate de studenten de modules doorlopen. De aanvankelijke verwerving van inhoud en belangrijke basiskennis vindt plaats tijdens het Readiness Assurance Proces dat de studenten in de taxonomie van Bloom via Onthouden en Begrijpen naar het Toepassingsniveau ‘leidt’. De toepassingsactiviteiten kunnen de studenten vervolgens naar de hogere niveaus van Bloom leiden, namelijk Analyseren, Evalueren en Creëren welke aanspraak doen op hogere denkvaardigheden. De discussies in de TBL-applicatiesessies, na afloop van de simultane rapportage bij de toepassingsopdrachten, geven de studenten de kans om hun eigen gedachtegang onder woorden te brengen, te onderzoeken of om verschillende perspectieven te verkennen. Naarmate studenten hierin vorderen treedt er een verschuiving op richting moeilijkere begrippen. De differentiële aandacht voor moeilijkere begrippen begint tijdens de tRAT, daarin stemmen de teamleden vaak over de toetsvragen, en gaan dan snel verder met de volgende vraag. Voor de discussie over moeilijke vragen waarover niet eenvoudig consensus wordt bereikt, zullen ze meer tijd uittrekken.